Johannes Brahms (1833-1897) werd net als Felix Mendelssohn geboren in Hamburg. En net als Mendelssohn was hij overtuigd van de waarde van het nalatenschap van de vorige generaties componisten. Mendelssohn en Brahms oriënteerden zich op de Eerste Weense school (Beethoven, Mozart, Haydn), terwijl Liszt en Wagner, die beiden gerekend werden tot de Neudeutsche Schule, zochten naar nieuwe vormen. Maar Liszt en zijn gelijkgezinden gingen volgens Brahms te ver. Brahms, die stond voor ernst en traditie, zag de noodzaak niet om nieuwe genres te ontwikkelen. Hij verkoos nieuw leven te blazen in de bestaande genres en de moderne, romantische principes toe te passen op de vormen die al bestonden.
De Eerste Symfonie is een mooie illustratie van Brahms’ standpunt. Ze werd geschreven naar Beethovens model van de monumentale heroïsche symfonie. De stormachtige opening verwijst met zijn tonaliteit naar de Vijfde van Beethoven, terwijl het hymnisch thema in de finale verwijst naar Die Ode an die Freude uit Beethovens Negende. Zo toont Brahms aan dat een vergelijkbaar thema perfect symfonisch omgezet kan worden, zonder gebruik te maken van stemmen en tekst – een impliciete kritiek op Beethoven, maar vooral op Wagner. Hij weerlegde hiermee Wagners standpunt dat Beethovens Negende Symfonie het einde betekende van de symfonie als genre, en moest leiden tot het gezongen muziekdrama.
Brahms werkte bijna twee decennia aan zijn Eerste Symfonie. De druk was enorm: het publiek zag in hem de grote opvolger van Beethoven, en de schaduw van de grote componist woog zwaar. Toen hij de symfonie in 1876 voltooid had, werd ze door de vele verwijzingen naar het Beethovens erfgoed door sommige critici daadwerkelijk Beethovens ‘Tiende Symfonie’ gedoopt. Maar de belangrijke Oostenrijkse criticus Edward Hanslick lauwerde de symfonie ook om als ‘één van de meest individuele en magnifieke werken in de symfonische literatuur. Brahms veroverde er zijn plaats mee in het pantheon van de grote componisten – niet in de schaduw van, maar naast zijn grote voorbeeld.