Een muzikaal eerbetoon aan Philippe Boesmans (1936–2022), een van de meest eigenzinnige stemmen in de Belgische muziek. Als voormalig huiscomponist van De Munt en meester in het verklanken van dramatische spanning, bouwde Boesmans een oeuvre uit dat tegelijk gelaagd, toegankelijk en diep menselijk is.
Ontdek meerComponist Philippe Boesmans wordt op 16 mei 1936 geboren in het Limburgse Tongeren. Een plek waar een cultureel leven toen grotendeels onbestaand was. “Er werden geen concerten georganiseerd. Er was een kiosk voor fanfares en harmonieën, en er was de radio,” zou Boesmans daar later over zeggen. In het provinciestadje tegen de taalgrens staat hij naar eigen zeggen bekend als de ‘anarchist’, omwille van zijn sociale engagement. Wanneer hij na studies aan het conservatorium van Luik naar Brussel verkast, wordt hij in de hoofdstad zelfs lid van de communistische partij.
Boesmans ambieert oorspronkelijk een carrière als concertpianist, maar dat wordt hem afgeraden door zijn leraar Stefan Askenase. Bij de Luikse groep rond Henri Pousseur ontdekt hij de contemporaine muziekscene, waar elektroakoestisch geëxperimenteer tot de creatie van nieuwe muziek leidt. Boesmans raakt geprikkeld om zelf ook te componeren en krijgt dankzij zijn job bij de RTBF de kans om zich daarin te bekwamen. Voor de luisterspelen en radiodocumentaires op het Franstalige net schrijft Boesmans pastiches, nieuwe muziek in de stijl van andere toondichters. Ook later in zijn opera’s zou hij lustig naar zijn (historische) collega’s refereren.
Philippe Boesmans staat vooral bekend als operacomponist, een genre dat in het midden van de vorige eeuw op sterven na dood was. In de jaren tachtig komt toenmalige Munt-intendant Gerard Mortier bij Boesmans aankloppen voor een nieuw werk: La Passion de Gilles (1983). Het succes leidt tot een langdurig partnerschap. Vanaf 1985 is Boesmans componist in residentie van het operahuis en creëert hij er verschillende toonaangevende producties. Sommige recensenten plaatsen zijn tweede worp Reigen zelfs in het pantheon van de moderne opera, en dat werk kreeg een publicatie in de toonaangevende reeks L’Avant-scène Opéra. Al Boesmans opera’s zouden in Brussel te zien zijn, het merendeel beleefde hier zelfs zijn wereldpremière.
Wanneer de residentie bij de Munt in 2006 eindigt, gaat Boesmans een jaar later officieel met pensioen. Maar het artistieke bloed kruipt waar het niet gaan kan, en hij blijft muziek componeren. Yvonne, Princesse de Bourgogne gaat in 2009 in Parijs in première; voor Au Monde (2014) krijgt hij een International Opera Award. Eerder mocht Boesmans al verschillende andere belangrijke compositieprijzen op zijn palmares zetten. In 1971 kreeg hij de Prix Italia voor Upon La-Mi. Nog belangrijker was de Prijs Arthur Honegger, een bekroning voor zijn volledige oeuvre, die hij in 2000 kreeg.
“Ik lach zelfs met het stuk wanneer ik in mijn eentje aan het componeren ben,” vertelde Boesmans vlak voor zijn dood nog over zijn laatste opera On purge bébé. Hij wou de vaudeville van Georges Feydau, over een geconstipeerd kind dat zijn laxeermiddel niet wil innemen, al jarenlang ensceneren. Op het festival van Aix-en-Provence vond hij met regisseur Richard Brunel een scatologische compagnon de route. Toch zou Boesmans zijn passieproject zelf niet meer meemaken, hij overleed op 10 april 2022, iets meer dan een half jaar voor de première van het stuk.